Sinds 2009 zijn we bezig om de ouderwetse partneralimentatiewet te laten wijzigen. En het ziet er naar uit dat de wetswijziging er aan staan te komen!
Er liggen voorstellen klaar waarin de hoogte en de termijn wordt aangepast. Het bedrag dat je aan je ex moet betalen wordt elk jaar lager. Dus je gaat jaarlijks MINDER betalen in plaats van, zoals nu, steeds MEER!! En de termijn wordt de helft van het aantal jaren dat je getrouwd bent geweest, met een maximum van 5 jaar. En als je korter dan 3 jaar was getrouwd, betaal je helemaal niets aan je ex. Alleen als je langer dan 15 jaar getrouwd was en binnen 10 jaar AOW krijgt dan heeft je ex wel weer recht op een langere alimentatietermijn.
Wij houden de vinger aan de pols.
Partneralimentatiebetalers willen dat de wet met betrekking tot de partneralimentatie moet wijzigen en
dat de huidige partneralimentatiewet inclusief de jaarlijkse wettelijke indexatie niet meer van deze tijd is. De tijdsduur is te lang en prikkelt de alimentatie ontvanger niet om economisch zelfstandig te worden. Mijn ex mag de welstand genieten die ze in het huwelijk heeft genoten maar hoe zit het met mijn welstand? De wet moet wijzigen. Niet 12 jaar lang opbouwend maar binnen 8 jaar afbouwend. Volgens mij is de politiek het hier mee eens! Ik ondersteun het gestelde op de site www.referendumalimentatie.nl
de Tweede Kamer om de partneralimentatie wetgeving op de agenda te plaatsen en zodoende ter discussie te stellen.
Lees op https://www.stoppartneralimentatie.nu/ waarom het noodzakelijk is dat u deze petitie mede ondertekent.
Met ingang van 16 maart 2018 is deze petitie overgenomen door https://www.stoppartneralimentatie.nu/ met dank aan de oorspronkelijke petitionaris Fred Breet. We doen een beroep om deze petitie te ondertekenen op eenieder die vindt dat de huidige alimentatiewetgeving onrechtvaardig, eenzijdig en niet meer van deze tijd is.
Ook als uzelf niet door de huidige wetgeving wordt benadeeld kent u wellicht iemand in uw familie of vriendenkring die u met ondertekening van deze petitie kunt steunen.
Open brief Aan de Tweede Kamerleden Bontes, Berndsen, van der Steur en Recourt inzake Partner alimentatie Al sinds 2012 liggen er 2 wetsvoorstellen te wachten om behandeld te worden. Al die tijd zijn die niet samengevoegd.
Een voorstel is in het begin van dit jaar besproken. Maar veel voortgang is er niet geboekt. Al die jaren wacht ik maar af wat voor regeling er voor bestaande gevallen wordt getroffen. Ik wil een pleidooi houden voor de groep oudere mannen die op latere leeftijd trouwden en tot 12 jaar partneralimentatie zijn veroordeeld terwijl hun vrouw tijdens het huwelijk geen enkel nadeel heeft geleden - alleen maar voordelen heeft gehad. De vrouw heeft geen kinderen om voor te zorgen en heeft geen breuk in haar loopbaan. Het zou dus heel normaal zijn dat beiden direct na het einde van het huwelijk weer terugvallen op het inkomen dat voor hen beiden genoeg was voordat ze met elkaar trouwden. Ik kan me indenken dat een korte gewennings-overbrugging in bepaalde gevallen gewenst kan zijn; maar 12 jaar is absurd. Mijn eigen omstandigheden zijn een treffend voorbeeld van een dergelijke situatie, die naar mijn mening door velen herkend kan worden. Casus Op het moment dat mijn ex (toen 52) en ik (toen 60) trouwden, waren wij beiden op een leeftijd dat werken niet meer nodig was zij omdat ze na een soort burn out in het hoger onderwijs een goede uitkering had, ik omdat ik net met pre-pensioen was gegaan. Kinderen hadden we niet en zouden we ook niet krijgen. Mijn pensioen was ongeveer 40 % hoger dan haar uitkering en dat is zo gebleven gedurende de jaren dat we getrouwd waren. Toen zij na 10 jaar huwelijk een relatie met een vriendin aanging en een scheiding onvermijdelijk werd is door mediation geprobeerd duidelijk te krijgen dat zij geen inkomensverlies heeft geleden noch voor kinderen heeft hoeven zorgen en we dus alleen maar de overwaarde van het huis hoefden te verdelen. Door haar is categorisch geweigerd zich hiermee tevreden te stellen. Ze beet zich vast in de bestaande ruime mogelijkheid om ook nog langdurige alimentatie te kunnen krijgen. Een rechterlijke procedure bleek dus noodzakelijk, waar tot mijn verbazing mijn argumentatie zo van tafel werd geveegd en alleen maar de z.g. Trema-formule werd toegepast, waardoor mijn ex het recht kreeg om 12 jaar lang verder te leven in een financiële positie alsof we nog steeds onze beide inkomens gelijkelijk delen. Gelukkig is het me na eindeloos soebatten gelukt het te betalen bedrag met de helft te verminderen; maar het is onmogelijk gebleken mijn ex ervan te overtuigen de principieel onrechtvaardige ongelijkheid op te heffen. Dit duurt nu al meer dan 6 jaar en zal nog eens zo lang duren. Omdat ik nu 79 jaar ben, is het een verlammend gevoel dat ik met mijn huidige echtgenote over te weinig geld kan beschikken om nog een paar dingen meer te doen dan puur overleven. Hoe lang blijf ik nog gezond? Om dit voorbeeld nog wat schrijnender te maken, komt daar nog bij dat wanneer ik kom te overlijden mijn ex een flink nabestaandenpensioen van mij krijgt, terwijl mijn huidige vrouw, die samen met mij financiële risicos moet nemen vanwege ons gezamenlijk huishouden op dit moment, straks met lege handen staat en maar moet zien hoe ze dat oplost, omdat wij pas na mijn 65e getrouwd zijn. In plaats van voor deze situatie een buffer te kunnen opbouwen, gaat alles wat extra zou kunnen zijn naar mijn ex. Dat deze situatie als een reëel probleem wordt gezien door de rechterlijke macht blijkt uit het feit dat vorig jaar voor een nieuw geval van 2 gepensioneerden vooruit is gelopen op de inhoud van de wetsvoorstellen. De rechter besliste toen dat er geen 12 jaar hoeft te worden betaald, maar dat een jaarlijks dalend bedrag gedurende 5 jaar voldoende is. Ook in dat geval gaat het om een oudere man, die een beperkt aantal jaren - als tijdelijke overbrugging - zijn ex ondersteunt, die daarna weer terugvalt op het inkomen dat ze had voor ze trouwde en dat toen ook genoeg was. Deze uitspraak van het Hof te Arnhem is te vinden onder LJN BZ 8291. Mijn pleidooi is om in de nieuwe wet een duidelijke overgangsregeling te maken voor alle bestaande gevallen waarbij geen kinderen waren betrokken en er geen sprake was van een loopbaan-breuk. Een overgangsregeling die van rechtswege en automatisch ingaat en waarbij geen inmenging van (onbetaalbare) advocaten nodig is. Hoogachtend, P. Cremers 16 juli 2014